We
komen voor ons doen redelijk laat ons bed uit: half negen. Op ons
gemak gedoucht en waardoor we pas om tien uur van de camping rijden.
Daarom laten we de het oude fort voor wat het is en gaan de Highway
101 noordwaarts. Deze weg slingert zich in het begin langs de kust
en later meer door de bossen. Doordat we regelmatig door een
plaatsje rijden is de gemiddelde snelheid zo'n 40 mijl per uur. Rond
het middaguur moet de tank weer gevuld worden en ook de propaan tank
gaat richting “empty”, dus ook bijvullen maar. Dit houdt
allemaal op waardoor we ons eigenlijk vergist hebben in de rijtijd om
ons doel te halen. We hebben een camping op het oog direct aan de
kust, Kalaloch geheten. Bespreken kan je hier niet, dus geldt het
first come – first serve principe. Maar dan moet je niet aan het
einde van de middag aan komen zetten. Enfin, we zien wel. Na de
tankbeurt rijden we grotendeels door het bos. Er is weinig verkeer
dus gaat de teller naar 55 – 60 mph. Op eens ziet Kees links van
hem op enkele meters afstand een volwassen vrouwtjes elk uit het bos
komen lopen, zo de weg op. Kees gaat vol in de remmen en het hert zet
het op een lopen naar de rechterkant. We schrikken ons rot zo'n groot
hert vlak voor je auto. We missen het dier op een haartje. Het enige
wat de elk achterlaat is wat modder op de voorruit die van haar poten
afkwam. Oefff... dat had ook anders kunnen aflopen.
Tegen
vieren komen we bij 1e kustcamping. VOL! De 2e geeft het zelfde
resultaat. Dat is de eerste keer in de 4,5 week die we onderweg zijn,
dat het niet meezit. Nu liggen de campings hier niet voor het
opscheppen dus besluiten we maar om gewoon door te blijven rijden
naar het noorden. Een 20 mijl verderop zien we bij de afslag naar
Hoh Rain Forest een campingbordje staan dat er 18 mijl verderop een
campground is van het National Park. Maar of daar nog plek is ….?
Na
4 mijl komen we langs een klein kot dat een cafe/winkel is maar ook
een kleine campground die nagenoeg leeg is. Wij besluiten om maar
niet verder te rijden en hier ons bivak op te slaan. Tot onze
verrassing hebben we voor $25 ook nog electriciteit en water.
Ondertussen is het 5 uur geworden en blijken we 200 mijl afgelegd te
hebben. Eerst maar even uitrusten en een hapje doen (pasta met
zalm). Als we om 7 uur klaar zijn, bedenken we dat het misschien wel
leuk is terug te rijden naar de kust om nog even een lekker een
wandelingetje te doen. Dat kost een half uur maar is de moeite
waard. Bij Ruby's Beach parkeren we de RV en lopen hier het strand
op. Een mooi stukje kust met diverse rotsen in het water. Het strand
ligt bezaaid met boomstammen die ooit hier op de groene kust stonden.
Het is toevallig laag water en dat betekent dat je tussen de rotsen
zeeanemonen en zeesterren aan kan treffen. Zo mooi als we dat op de
plaatjes tijdens de voorbereiding hebben gezien, zien we nu niet. Wat
groene anemonen en welgeteld 2 zeesterren. Maar al met al is het
lekker om met voeten door het koude water te slenteren. We wachten de
ondergaande zon niet af, want Kees heeft geen zin om door een donker
bos terug te rijden. Zo
is deze dag toch nog goed afgesloten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten